zaterdag 31 juli 2010

Kaketoe

Een park, een regenachtige zaterdag en een bank. Zij ligt met haar hoofd in zijn schoot. Er komen honden voorbijgesneld samen met hun baasje. Een bokser heeft een dikke stok in zijn bek, het baasje houdt de andere kant van de stok vast. Het beest hoort het koppel en wil kijken, maar hij wil tegelijk de stok in zijn bek houden. Het ziet er ongemakkelijk uit. Twee kleine murmels dribbelen richting bank, maar snellen het pad weer op als ze hun baasje horen. Een dame die wandelt, een sigaret rookt en in een boek leest, dat allemaal terwijl ze haar honden uitlaat. Multitasken heet dat dan en vooral ook doen alsof je niet tussen prachtige bomen wandelt, maar gewoon thuis op de bank zit.
Hij op de bank vertelt aan haar in zijn schoot over de huisdieren die ze vroeger bij hem thuis gehad hebben. Katten en honden maar ook een kaketoe. Het was een witte, een wilde, gekocht op de markt. Het beest was in het begin langs geen kanten te benaderen, erg schichtig en had een bek als een tang. Hij kwam in huis rond de kerstperiode, kreeg de naam Poethi en een hok dicht bij de kerstboom. Op een dag vloog hij de kamer in en landde in de kerstboom. Daar begon hij plots als een gek met zijn bek de takken af te knippen. Hij had wellicht een ander idee over de vorm van de boom en aangezien hij nog zo wild was, kreeg niemand hem te pakken. De ene na de andere tak belandde op de grond. Uiteindelijk vonden ze er niets beter op dan dat hij als oudste zoon dikke, leren handschoenen aan zou doen om de vogel te vangen. Het beest verweerde zich hevig maar kon de strijd niet winnen. Twee stevige armen en dito wanten waren te sterk.
Na een tijd is het beestje heel tam geworden en kon je er ongeveer alles mee doen. Behalve als je handschoenen aanhad, dan werd hij giftig en begon hij te blazen. Blijkbaar een klein trauma opgelopen.

maandag 12 juli 2010

Exploration





At any given moment, no matter where you are, there are hundreds of things around you that are interesting and worth documenting.'
Dat prijkt op de achterflap van het boek dat ik als geschenk krijg: 'How to be an explorer of the world.' De gever wil maar wat graag mee op exploratietocht. Zo gezegd, zo gedaan. Op een veel te zwoele Vlaamse feestdag krijgt de bakfiets een zonnedak, een koelbox en een mand met allerlei dingen die je nodig denkt te hebben op zo een tocht. Een kussentje voor het achterwerk en eentje voor de rug maken het geheel af.
We documenteren onze tocht met foto's, maar ook met tekeningen. Vlakbij huis en zo veel te zien.
Roze flamingo's in een tuin van een rijtjeshuis.
Allerlei verklede figuren die in het Gentse water springen.
Mannen die op zuiderse wijze het voetpad gebruiken.
Voor onze verdere ontdekking trekken we het park in want 'exploration 22' zegt: "Visit a local parc, create a color-coded map of the position of the other people in relation to you. Note what the people looked like (what they were wearing)." En dat doen we.


Of tenminste we doen toch een poging, want het aantal mensen en hun juiste positie verandert erg snel in een park. Zeker als die mensen een spel aan het spelen zijn, zoals dat nieuwe spel met die houten blokken. En die mensen die het plots te heet krijgen op het bankje in de volle zon en naar een schaduwplek op het gras verschuiven. Een koppel of niet? Hij wil wel maar zij niet? Het tweetal wat verder op is veel duidelijker in hun lichaamstaal: zij flirt, hij ligt stoer op zijn ellebogen achterover geleund. Als er een vijftal kerels met brommertjes op hooguit een meter van ons komt zitten, terwijl er verder nog massa's vierkante meters vrij zijn, is het tijd om onze fietsmobiel weer in te laden. Waarheen? Waar de trapster ons heen voert.
De reacties van de mensen die we voorbij fietsen zijn erg verschillend, maar meestal vooral breedlachend. Een enkeling wil volgende keer graag mee, iemand op een terras hoor ik zeggen: "Ah ja, dat is zo'n stadstaxi" en nog een andere laat ons vriendelijk oversteken, met de duim omhoog. We belanden op een verrassende rommelmarkt en op een gezellig en vooral fris binnenterras (eetkaffee Multatuli!).

Verder is vooral het fietsen op zich het meest vermakelijk. We tjezen bergaf, ik steek mijn armen in de lucht, Bobbejaanland is hier niets bij.
Nog 58 explorations te gaan, dit is een geschenk vol langdurig plezier.

zaterdag 10 juli 2010

Schip

Met deze hitte is er om 23u geen haar op mijn hoofd dat aan slapen denkt. Fietsen, dat is het beste, dan maak je zelf wind en heb je tenminste het idee dat je een beetje afkoelt. Nog beter: fietsen over de kaaien langs de Schelde. Midden op die kaaien staan hekken. Er is gelukkig een kleine opening die fietsproef is. Twee mannen komen van de andere kant. 'Mevrouw, dit is de péage. Je moet betalen. Pas op, niet te snel rijden, want je komt er nog een tegen.' Ik glimlach, ze dragen allebei een oranje t-shirt. 'Je kent dat toch, een péage?' 'Jaja, dat ken ik zeker.' Ik fiets verder over de donkere kasseien.
En dan doemen ze op, onverwacht, vanuit het donker: de masten van de zeilschepen die al aangemeerd zijn voor de Tall Ships Races. Dat was even uit mijn gedachten gegaan, maar ik ben blij dat mijn wielen me hier gebracht hebben. Dit is dan ook het ideale moment om te komen kijken naar wat er al ligt. Niet op de dag zelf als er tienduizenden komen kijken. Nu kan ik met gemak met mijn neus tot tegen de schepen en rustig alles bekijken. Al dat hout en die touwen, de lengte en de hoogte. Ze zijn indrukwekkend en ik beeld me in dat ik op een wilde zee zit met schuimende golven en de punt van het schip klieft er dwars doorheen. Een machtig gevoel moet dat geven. Tot ik het me zo realistisch kan inbeelden dat ik besef dat ik tegen dan als een angstig haasje in een kleine kajuit zal schuilen. De grootsheid van open zee, ik ken ze niet en ik bekijk nieuwsgierig de zeemannen en zeevrouwen op deze schepen. Wat zouden zij al hebben meegemaakt met hun schip?

zondag 4 juli 2010

Ontdekt!

Een onverwachte avond in de stad, mooie weer, op de fiets. Een ijsje eten aan de Schelde. Kijken naar het gladde wateroppervlak. Kijken naar mensen die dansen op de Grote Markt, want België is voorzitter van de Europese Unie en dat moet gevierd. Zoals in andere steden, allemaal samen dezelfde dans. We fietsen verder doelloos door de straten, genietend van al wat bruist, langs volle terrasjes, langs auto's die vol instrumenten geladen worden, het optreden zit er op. Dicht bij huis wijst een pijl van de Zomer van Antwerpen een onbekende straat in. Zou hier wat gaande zijn? We proberen eens. En het is gek, want dit is een straat waar ik duizend maal voorbijfietste, maar die ik nog nooit nam. En nu is het donker, ik fiets hier en voel me een toerist. Er wandelt of fietst verder geen kat in deze dode straat zonder bomen, zonder huizen en met gesloten fabrieksmuren. Tot er een opening is waarachter muziek klinkt. Hier leeft wat, het trekt. We belanden op een gezellige binnenplaats net op het moment dat er een serie kortfilms begint. Her en der staan tafels, een glitterrode caravan staat onder het scherm naast een grote reisbus waarin ik een keuken ontdek. Alles ademt een relaxte sfeer, we zetten ons, drinken een glas en kijken naar de films. Dit heeft alles weg van vakantie in eigen stad. En zo wordt de Zomer van Antwerpen toch weer leuk, want ik heb hem zelf kunnen ontdekken.