woensdag 27 augustus 2008

Natuurlezen

Ik ben in Frankrijk en ik wandel door de natuur. Kleine paadjes met grote rotsblokken en grijze kiezelstenen tonen me de weg. Het uitzicht is adembenemend vol vlakte en bergen tegelijk. Ver weg liggen wat huizen in het landschap alsof een kind er zijn blokkendoos leeg kieperde. Wat later zie ik vlakbij in de kant van de heuvel een autowrak steken. Het is helemaal ingegraven en er is net genoeg metaal en structuur zichtbaar om het als auto te kunnen identificeren. Wie heeft dit vrij geborsteld? Hoe hebben ze dat daar gekregen? Wat doet dit skelet van metaal hier? Mijn anders steeds zo verhalenzoekende brein blijft blanco. Ik kan alleen maar kijken.
Nadien wil ik aan vrienden wijzen waar die wagen ligt. We rijden de kronkelweg weer af en ik zeg resoluut: ‘Hier was het, hier ligt dat verroeste wrak in de kant’. Een bocht later denk ik dat het ook daar kon geweest zijn. Of nog een bocht verder. En dan bedenk ik dat ik me geen weg weet in de natuur. Ik herken de boompjes en struiken niet. Zet me in een stad en ik herken de verschillende gebouwen wel, kan de straatnamen lezen en soms zelfs onthouden en weet me te oriënteren door een kerk of een monument.
De natuur echter laat me in al haar verscheidenheid voelen dat ik aan blindheid lijd. Blind voor de verschillende vormen en kleuren van de struiken, blind voor het aantal grote stenen en hun oppervlakte, blind voor de ruimte tussen de gewassen en blind voor de kleuren van de aarde. Ik heb nooit geleerd de natuur op die manier te lezen. Dat voelt plots opmerkelijk arm aan.

zondag 17 augustus 2008

Grond

Vanuit verre verledens
heeft zij geleerd een berg te zijn
onbewogen te blijven staan
onder zwermen gedachten
die onophoudelijk af
en aan vliegen
nesten bouwen
onder haar schedeldak.

Aan haar voeten groeien
diepe wortels en naakte
kleine bloemen. Vochtige

zwaartekracht vult haar basis.

Haar lichaam is haar aarde,
de grond die zij vaak verliest.

woensdag 6 augustus 2008

Lege dagen

Begin augustus, het scharnierpunt van de vakantie. Klap de tijd nu dubbel en hup, de schoolbanken zitten weer vol. Zover zijn we echter nog niet, nu is het nog even eeuwig vakantie. En als de vakantie zich rondom mij in volle omvang laat zien en voelen, dan wil ik daar graag wat van meepikken. Voor een werkend mens is het een uitdaging om een vakantiegevoel te creëren en buiten de werkuren het gedrag van de relaxte vakantieganger over te nemen.
Zo’n vakantiegevoel overviel mij laatst op een eenvoudige zaterdag midden in mijn eigen stad. Het was een dag die op voorhand niet ingevuld was, hij was helemaal leeg bij de start en kreeg zo de kans om zichzelf te vullen. De dingen gebeurden en ik ging er in mee zonder dat ik er iets voor hoefde te doen. Hier en nu zijn – wat vaak zo afschuwelijk moeilijk is – werd plots een fluitje van een cent.
Lege dagen geven een kans om te ontdekken. Bijvoorbeeld dat ik behalve een wipneus ook twee wiptenen heb, iets wat tot nu toe nog niet was doorgedrongen. Een kans om samen met een zwangere vriendin onze benen omhoog te leggen in de zetel en wat losse gesprekken de lucht in te sturen. Kans om binnen te springen bij vrienden, mee te lunchen en pas uren later weer te vertrekken.
Dat is wat vakantie mag zijn voor mij: luie leegte creëren, mezelf buiten de tijd voelen. Een uur lijkt een dag en ik word weer kind.