maandag 28 februari 2011

Verlangzamen

Het is laat zoals ieder jaar,
de tijd zit krap in zijn heden,
vandaag is steeds weer geweest
steek dus het licht aan dat de toekomst nog uitspaart,
spreek het brood aan dat nog niet doof is,
maak de taal waar achter zijn tekens,
spel het vlees, stil de tijd, leef nog even -

Gerrit Kouwenaar wordt geciteerd in het begin van het boek 'Stil de tijd' van Joke J. Hermsen, een pleidooi voor een langzame toekomst. Dat het langzamer mag, daar kan ik alleen maar mee instemmen. Maar hoe doe ik dat?
De kloktijd heeft zich immers helemaal binnen in mijn lijf genesteld en voert daar een onzichtbare strijd met mijn innerlijke tijd, die afgestemd is op een groter geheel. Op een trager ritme van eb en vloed en volle maan en seizoenen, niet op uren of minuten of seconden. Ik voel het verlangen om dagelijks tijd te nemen om de zon te zien ondergaan. En dan bedoel ik niet de laatste vijf minuten, maar de avondschemering zien inzetten totdat niet alleen de zon, maar ook haar gloed verdwenen is. De tijd nemen om een boom te planten en die te zien groeien, zien hoe die nieuwe houten ringen krijgt, vogels onderdak biedt, bladeren verliest en weer wakker wordt - als het tijd is. Tijd nemen om kleren te herstellen, een handgeschreven brief te versturen, zelf brood te bakken, de stoep te schuren, een onverwacht praatje te slaan met de buurman of me te vervelen. Maar ik word zo snel meegesleurd in de maalstroom van facebookprofielen en afhaalmaaltijden. Ik neem tijd om in de file te staan, mijn agenda af te haspelen en 20 hobby's en tien keer zoveel sociale contacten te onderhouden.
Gelukkig heeft mijn lijf haar ingebouwde wijsheid. Als ik dit laatste te lang volhoud zonder de broodnodige lege tijd in te bouwen, dan legt zij me wel lam. Mijn onvermoeibare wil blijft echter stuiptrekkingen vertonen, het is afkicken. Door mijn hoofd flitsen allerlei projecten waar ik dringend aan moet beginnen. Maar ook voor al die gedachten is er gelukkig een tijd van komen en één van gaan. Het is zoals op vakantie gaan, je moet daar in komen, het is even wennen. Vaak is het zo dat ik tegen de tijd dat ik naar huis moet, pas denk dat ik er helemaal klaar voor ben.
Hoe ik mijn toekomst en mijn heden verlangzaam, de tijd zal het me leren.

Geen opmerkingen: